Jens Mikkelsen vanuit Managuay: Gezondheidszorg
Correspondent Jens Mikkelsen maakte al reportages voor video, en nu is radio aan de beurt: een verslag vanuit het Buena Esperanza-ziekenhuis in Mataquintos, Managuay. Met de VVD-commotie over de inkomensafhankelijke zorgpremie in het achterhoofd loopt Jens mee met dokter Nelson Maldonado en praat met hem over het Managuayaanse zorgstelsel. Dat blijkt niet inkomens-, maar statusafhankelijk te zijn.
Kom er maar in, Jens!
Zie ook:
Jens Mikkelsen vanuit Managuay: Lentekriebels (video)
Jens Mikkelsen vanuit Managuay: Recycling (video)
Cultuur: San Basilio-basiliek

Toen Spaanse kolonisten in 1522 San Luís stichtten, was hun eerste stenen bouwwerk – begrijpelijk – het pand dat moest zorgen voor hun gemoedsrust. Maar na deze hoerenkast eerden zij God en Sint-Basilius met een schitterende, paarse basiliek. De kerk veranderde echter in 1902 in een bouwval door een heftige aardbeving. Tot overmaat van ramp stortte tegelijkertijd de koers van de mango, destijds het wettige betaalmiddel van Managuay, in door overproductie. De inwoners van San Luís maakten echter van de nood een deugd en herbouwden de basiliek met geperste mangoschilfers.
Heetste peper: de Fuego Infierno Volcánico
![]() |
| De Fuego Infierno Volcánico |
Dit een oude paprika? Laat ons niet lachen. Op de foto staat de Fuego Infierno Volcánico, een chilipeper zo heet dat hem vastpakken alleen je met derdegraads brandwonden op de intensive care doet belanden. Managuayaanse ziekenhuizen brengen met deze rakker buitenlandse patiënten in coma voor een operatie door ze eraan te laten ruiken. Voor gewone Managuayanen is de Fuego een hartige snack.
De Fuego Infierno Volcánico is met een score van 7.200.000 Scoville-punten de heetste chilipeper ter wereld. Ter vergelijking: het langdurig uitlikken van een opengesneden Madame Jeanette van de Albert Heijn haalt 1200 punten en het blootsvoets over hete kolen lopen, waarna u met een aansteker de vellen van uw zolen brandt en dan met uw voetrestanten in het kruit van een exploderende mortierbom gaat staan, komt niet uit boven een schamele 5600.
In Managuay hebben ze daar lak aan: tandenknarsende peuters krijgen ’s nachts voor straf een Fuego Infierno Volcánico in het mondje gestopt. De volgende ochtend zijn ze gewend.
‘Managuay schreeuwt elke dag om cultuur’
![]() |
| Utrechters schreeuwen om cultuur, afgelopen zaterdag |
MATAQUINTOS – De ‘schreeuw om cultuur’ die afgelopen zaterdag in Nederland te horen was, klinkt in Managuay elke dag. Het gaat dan vooral om kunstenaars die door de militaire dictatuur worden gemarteld.
Dat zegt Frederik de Zeeuw, de Nederlandse consul in de Zuid-Amerikaanse bananendictatuur. De Zeeuw zegt tientallen artiesten te kennen die in strafkampen vastzitten. ‘Vreselijk,’ aldus de consul. ‘Vooral als je bedenkt dat ze dat hadden kunnen vermijden door vooraf gewoon even goedkeuring te vragen voor hun schilderwerkje of gedicht.’
De Zeeuw, die naast een van de grootste stedelijke strafkampen van Managuay woont, hoort elke nacht de wanhoopskreten van kunstenaars in de martelcellen. ‘Afschuwelijk,’ bekent hij. ‘Vooral als je de volgende dag weer vroeg op moet. Ik doe verdomme geen oog meer dicht.’
Het weer: weer zonnig

MATAQUINTOS – De winter in Managuay verloopt voorspoedig: weer is het warmer dan de zomer. Of op zijn minst even warm. Of eigenlijk maakt het niet zoveel uit.
ONDERTUSSEN IN MANAGUAY: Hammarskjold
| Schrijver Sergio Sánchez Hammarskjold |
‘Mario Vargas Llosa? Een armoedige prutser.’ In het rimpelige gezicht van Sergio Sánchez Hammarskjold komen drie gaten in actie: zijn ogen spuwen vuur, zijn mond klemt de pijp vast en zijn neusgaten doen twee rookpluimpjes de kamer in dwarrelen. ‘Met zijn boeken doe ik wat de gemiddelde Managuayaan ermee doet: ik schuif ze onder een afgebroken tafelpoot.’
Gegniffel in de videohoek van het Hammarskjold-museum. Waar de schrijver is, is de verongelijktheid nooit ver weg. De man zelf is overigens ook niet ver weg: hij zit aan een tafeltje in de hoek nauwlettend toe te kijken, af en toe nippend van de aguardiente die zijn vrouw hem bijschenkt. Het Hammarskjold-museum is bij Hammarskjold thuis, en dat maakt het gegniffel behoorlijk ongemakkelijk.
Sergio Sánchez Hammarskjold is een auteur die er prat op gaat nog nooit een heuse roman te hebben geproduceerd. In Managuay, waar tachtig procent van de bevolking niet kan lezen, en de overige twintig daar gewoon geen zin in heeft, moet een schrijver zich toeleggen op praktische teksten. ‘Toegepaste literatuur’ noemt Hammarskjold het. Hij schrijft handleidingen, snackbarmenu’s en productinformatie. Met succes: zijn Ingrediënten & Voedingswaarde per 100 ml van de literflessen Pipo Papajapap geldt als een klassieker in het genre.
Een uitvergroting van dat etiket, omgeven door enkele flessen pap, vormt dan ook het hart van de expositie. De formule om Hammarskjolds schrijfsels te omringen met relevante voorwerpen is even simpel als doeltreffend. Op de salontafel: de aangegeten burrito bij het menu van snackbar El Pollo Loco uit 1987. Op de vensterbank: het getraliede raam uit martelcentrum Horror Máximo met ernaast een ongebruikte wegwijzer (‘Uitgang’). Als bezoeker begrijp je in één klap wat de teksten van Hammarskjold zo effectief maakt. Je vraagt je af wat de illustratie geweest zou zijn bij een ontbrekend werk als Inventarisatie van lijken na de opstand van San Fernando, 3 maart 2010, A t/m M.
Bij het verlaten van de woning stuiten we op een tafeltje met pennen en papieren, waarop een manshoge, kartonnen versie van de schrijver prijkt. Er is iets op gekalkt. We buigen ons voorover en lezen: ‘Steun mijn volgende werk: het telefoonboek van Managuay. Vul naam en nummer in op de stippellijn.’
Noud Nijssen
Foto Abrán del Tubo
Deze culturele reportage was eerder te lezen in de Volkskrant.
ONDERTUSSEN IN MANAGUAY: Filmfestival
![]() |
| Een sopropo |
Van wat voor muziek hou jij?’ Of: ‘Evita Perón, vrouw of musicalster?’ Er zijn veel opmerkelijke vragen denkbaar tijdens de liefdesdaad, maar regisseur Andrés Papachango (1949) sprak ze echt uit. Sterker: het enfant terrible van de Managuayaanse cinema liet de camera’s lopen terwijl hij het deed.
Liefde (Amor, 2008) is sinds afgelopen zaterdag te zien in een nevenprogramma van het Managuayaans Film Festival (MFF). Een gewaagde keuze, aangezien de film destijds door de critici werd afgedaan als ‘een goedkope aaneenschakeling van ruim veertig hoerenbezoeken’ en ‘een slap excuus om zoveel mogelijk vrouwelijk naakt te laten zien’.
Het zijn deze nevenprogramma’s die het MFF doorgaans zo geslaagd maken. Zeker nu de uitreiking van de Gouden Lama’s steeds meer een gelegenheid wordt waarin de militaire junta een beslissend woordje meespreekt. Zoals vorig jaar, toen een wanproduct van het Managuayaanse leger de grote winnaar werd: Het bloedbad bij San Fernando, een in real time nagespeelde veldslag van dertien (!) uur. De makers wilden speciale effecten gebruiken, maar het officierskorps stond erop om de complete slachting over te doen.
Nee, dan het ingetogen werk van Papachango. Neem het magistrale Alles over mijn vader (Todo sobre mi padre, 2001), waarin een travestiet, de zoon van twee travestieten, op zoek gaat naar zijn vader, die nooit een echte travestiet blijkt te zijn geweest, maar slechts een travestietachtige manhoer die travestieten als klant heeft.
Of Diepe vouwen (Arrugas profundas, 2010), door Papachango geroemd als ‘het bewijs van cinematografische schoonheid op het snijvlak van erotiek en origami.’ En de broeierige roadmovie Twee sopropo’s en een perzik (Dos sopropos y un melocotón, 2003). Daarin razen twee jongens en hun buurvrouw uit verveling over de pampa’s. De sopropo – een soort komkommer – uit de titel verwijst naar de permanente staat van opwinding van het duo.
Ook bij deze films kreeg Papachango het verwijt van effectbejag. Zijn reactie luidde steevast: ‘Wie de plot niet vat, heeft in elk geval een paar lekkere tieten gezien.’
Noud Nijssen
Deze culturele reportage was eerder te lezen in de Volkskrant.
REISGIDS 2013 (6): Het restaurant van de Dierenbescherming
![]() |
| De bedrijfsleider van restaurant S.P.d.A. geeft gasten een kijkje in de keuken |
Wat? Eten
Waar? Sociedad Protectora de Animales, Mataquintos
Prijs? $
Sociedad Protectora de Animales (S.P.d.A.) is een keten van negen goedlopende restaurants in de Managuayaanse hoofdstad Mataquintos. Ze staan alle bekend om hun lage prijzen en de regelmatige aanvoer van vers vlees. Mocht u denken: goh, wat toevallig, de lokale dierenbescherming van Mataquintos heet óók Sociedad Protectora de Animales – dat is geen toeval.
$$$ duur
$$ redelijk
$ goedkoop
Dit artikel maakt deel uit van de zomerserie Reisgids 2013: de beste tips voor de vakantievierder in Managuay. Meer tips? Onze reisgids vindt u in dit boek.






