Generaal Jamón wint tv-debat


MATAQUINTOS – In een buitengewoon saai tv-debat is generaal Jamón, zoals verwacht, gisteren als winnaar uit de bus gekomen. De vier uur durende tv-uitzending liet het Managuayaanse staatshoofd als vrijwel enige spreken.

Presentator Oli Mungo Chávez introduceerde, na een kort welkomstwoord, zwetend de generaal, waarna een langdurig applaus losbarstte. Daarop nam Jamón het woord en richtte zich ruim drie uur en drie kwartier lang tot de natie. De enige interruptie kwam na drie uur en twintig minuten van de liberale leider Marco Ruteño, die naar het toilet moest.
 

Het was het enige spannende moment van het debat: Jamón reageerde als door een wesp gestoken en eiste dat Ruteño zijn blaas beheerste ‘als een man’. Tevens bleek met deze interruptie dat alleen de microfoon van Jamón echt was, en die van de vier politieke leiders van opgesteven papajapulp. Ruteño verliet huilend de studio.    

Het laatste kwartier van de uitzending was bedoeld voor debat tussen de overgebleven politici, maar door gebrek aan geluidsversterking, en een reclameblok van elf minuten, kwam dat nauwelijks uit de verf.

Overigens zijn de politieke partijen in de militair-democratische republiek Managuay het op vrijwel alle fronten eens. Politici strijden voor hun eigen hachje tijdens de campagne voor de algemene benoemingen van 9 juni aanstaande. Dan deelt generaal Jamón het nieuwe parlement in.

Jongeren uit ‘Oh oh Coño’ nemen plaat op

 
Feestvierende jongeren in Coño:
in de witte bekers shots van een halve liter gefermenteerde lamamelk,
die de uitwisselingsstudent rechtsonder op moet drinken. 

COÑO – De hoofdrolspelers van realitysoap ‘Oh oh Coño’ brengen een plaat uit ter ere van de mannenverslindster uit hun midden, Jennifer. De single ‘Sífilis’ verschijnt aanstaande maandag.

De werktitel van de plaat was ‘Dikke aars’, maar dit werd uiteindelijk toch te beledigend gevonden voor Jennifer. Het 18-jarige cultidool – wier bijnaam ‘My little pony’ is omdat zij al sinds haar jeugd wil lijken op de gelijknamige, vrolijke viervoeters – heeft haar achterwerk enkele malen kunstmatig laten vergroten, onder meer door het inspuiten van 75 liter lamavet.

Oh oh Coño, vanavond weer te zien op de zender La Lama Erótica, is de grootste tv-hit van het moment in Managuay. In de serie worden acht achterstandsjongeren uit San Luís gevolgd die drie weken feestvieren in Coño, aan de oevers van Lago de Agua. De populairteit is onder meer te danken aan het scandaleuze gedrag van My little pony (‘Ik heb de mannen hier maar twee dingen te bieden: het tweede is een lege portemonnee’) en de openingszinnen van ‘Atomik’, die opgroeide naast de kerncentrale van Jerónimos (‘Ik heb twee oren. Wil je het derde zien?’).

Geen kinderen geroofd in Managuay

MATAQUINTOS – In Managuay zijn gisteren geen kinderen geroofd. Deze bewonertjes van een weeshuis in Chaco moesten na het speelwartier dus gewoon weer terug naar binnen. 

‘Rebellen Managuay gelokaliseerd’


LA LIBERTINA – Het regeringsleger van Managuay heeft sterke aanwijzingen voor de precieze verblijfplaats van maoïstische rebellen, die zich in de jungle ophouden. Zij zouden zich ’ten noorden van La Libertina’ bevinden. La Libertina is een stad aan de zuidgrens van de jungle.

De tegenwerping dat hiermee slechts bevestigd wordt wat iedereen al weet – namelijk dat de rebellen vanuit de jungle opereren – werpt legeraanvoerder Fernando Díaz verre van zich. ‘Op geruchten kunnen we niet afgaan,’ verklaarde Díaz tijdens een geïmproviseerde persconferentie in een boomhut. Geconfronteerd met een brief van de rebellen uit 2007, getiteld ‘Wij opereren vanuit de jungle’, verordonneerde Díaz iedereen de boomhut te verlaten.
De maoïstische rebellen leidden tot 2006 een linkse regering in Managuay, toen de soldaten van generaal Jamón vanuit de jungle oprukten en een staatsgreep pleegden. Sindsdien wonen zij weer in de jungledorpen die zij ook voor hun regeerperiode bewoonden.
La Libertina was de uitvalsbasis van de Nederlandse freelance journalist Jens Mikkelsen, ook actief voor deze website, die tot tweemaal toe door de rebellen werd ontvoerd naar hun kampementen in de jungle.

Doorzeefde lijken op stoep zijn ‘een grap’

De stoep voor het kantoor van El Tiempo, na verwijdering van de lichamen

MATAQUINTOS – Twee met kogels doorzeefde lichamen zonder hoofd zijn maandag bij de Managuayaanse krant El Tiempo op de stoep gegooid. De hoofdredacteur spreekt van een ‘practical joke’.

Immers, dit soort acties is doorgaans het werk van de militaire veiligheidsdienst, maar El Tiempo geldt juist als een zeer staatsgezinde krant. ‘Die lijken zijn vast en zeker bedoeld als dreigement voor mijn collega’s van El Pueblo,’ vermoedt hoofdredacteur Maledetto Trotski. ‘Daar noemden ze de bloedige ontruiming van Occupy Mataquintos onlangs “best wel hardhandig.” Schande!’
Bij die ontruiming, afgelopen zaterdag, walsten tanks 33 demonstranten plat.

Critici vermoeden echter dat de actie niet het werk is van de militaire junta, maar van rivaliserende drugsbendes. De overheid ontkent het bestaan van zulke bendes en stelt alles in het werk om hun misdaden uit de statistieken te weren. Volgens een woordvoerder heeft het incident bij El Tiempo helemaal niet plaatsgevonden. ‘De hóófden ontbreken? Tja, dan kan de dood dus niet officieel worden vastgesteld.’ Hoofdschuddend: ‘Daar gaan wij niet aan beginnen, meneertje.’

Raad van State partijdig? Het kan erger

Piet Hein Donner, nu nog minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

DEN HAAG – De PvdA dient vandaag een motie in om te voorkomen dat minister Donner naar de Raad van State vertrekt. Ook de militaire junta van Managuay worstelt wel eens met een neutrale adviescommissie. Of slaat er bovenop.

De bananendictatuur kent de Raad van de Staat, een van de oudste regeringsorganen ter wereld. De Raad werd in 1532 opgericht door de Spaanse gouverneur Matías Fernández de Velasco, maar is tussendoor zo vaak opgeheven door de zittende tiran dat de totale vergadertijd van de Raad na vierhonderd jaar niet meer bedraagt dan een week.

Toch geldt de Raad van de Staat in Managuay als een gerespecteerd instituut. Zelfs generaal Jamón zegt de Raad in alle vrijheid zijn werk te laten doen, ‘al geven wij natuurlijk wel onze mening.’ Zo haalde de Raad van de Staat in mei van dit jaar een streep door de vergunningen van een nieuwe kolencentrale in Puerto Petróleo, omdat deze niet klopten met de wet.
Nadat de voorzitter van de Raad per ongeluk werd aangereden op een druk kruispunt in Mataquintos en de dochter van een ander Raadslid opeens van huis wegbleef en na drie dagen met gescheurde kleuren onderaan een palmboom werd aangetroffen terwijl ze ‘Guantanamera’ neuriede, werd de wet aangepast en kon de bouw van de kolencentrale beginnen.

ONDERTUSSEN IN MANAGUAY: Filmfestival

Een sopropo

Van wat voor muziek hou jij?’ Of: ‘Evita Perón, vrouw of musicalster?’ Er zijn veel opmerkelijke vragen denkbaar tijdens de liefdesdaad, maar regisseur Andrés Papachango (1949) sprak ze echt uit. Sterker: het enfant terrible van de Managuayaanse cinema liet de camera’s lopen terwijl hij het deed.

Liefde (Amor, 2008) is sinds afgelopen zaterdag te zien in een nevenprogramma van het Managuayaans Film Festival (MFF). Een gewaagde keuze, aangezien de film destijds door de critici werd afgedaan als ‘een goedkope aaneenschakeling van ruim veertig hoerenbezoeken’ en ‘een slap excuus om zoveel mogelijk vrouwelijk naakt te laten zien’.

Het zijn deze nevenprogramma’s die het MFF doorgaans zo geslaagd maken.
Zeker nu de uitreiking van de Gouden Lama’s steeds meer een gelegenheid wordt waarin de militaire junta een beslissend woordje meespreekt. Zoals vorig jaar, toen een wanproduct van het Managuayaanse leger de grote winnaar werd: Het bloedbad bij San Fernando, een in real time nagespeelde veldslag van dertien (!) uur. De makers wilden speciale effecten gebruiken, maar het officierskorps stond erop om de complete slachting over te doen.

Nee, dan het ingetogen werk van Papachango. Neem het magistrale Alles over mijn vader (Todo sobre mi padre, 2001), waarin een travestiet, de zoon van twee travestieten, op zoek gaat naar zijn vader, die nooit een echte travestiet blijkt te zijn geweest, maar slechts een travestietachtige manhoer die travestieten als klant heeft.

Of Diepe vouwen (Arrugas profundas, 2010), door Papachango geroemd als ‘het bewijs van cinematografische schoonheid op het snijvlak van erotiek en origami.’ En de broeierige roadmovie Twee sopropo’s en een perzik (Dos sopropos y un melocotón, 2003). Daarin razen twee jongens en hun buurvrouw uit verveling over de pampa’s. De sopropo – een soort komkommer – uit de titel verwijst naar de permanente staat van opwinding van het duo.

Ook bij deze films kreeg Papachango het verwijt van effectbejag. Zijn reactie luidde steevast: ‘Wie de plot niet vat, heeft in elk geval een paar lekkere tieten gezien.’
Noud Nijssen

Deze culturele reportage was eerder te lezen in de Volkskrant.

Popfestival: leger grijpt in

Persfoto van Los Cojones anno 2010

TIERRA DUCATA – Vanwege uitspraken van de organisatie is muziekfestival Pop Pentecostés maandag ruw beëindigd door het leger.

Het gerucht ging gisterochtend dat festivalbaas Juan Smatés thuis, vanachter de krant, tegen zijn vrouw, zou hebben gezegd dat als de regering-Jamón de voorgenomen bezuinigingen op cultuur daadwerkelijk gaat uitvoeren, ‘Pop Pentecostés het nog wel eens moeilijk zou kunnen krijgen.’ De minister van Defensie reageerde onmiddellijk met het sturen van twee tankdivisies en een bataljon parachutisten.

De militairen arriveerden binnen twee uur op het festivalterrein in Tierra Ducata in Zuid-Managuay, waar zij het hoofdpodium in lichterlaaie zetten. De band Los Cojones, die voor het optreden het fenomenale bedrag van 1,3 miljoen peso (ca. 53 euro) mocht toucheren, probeerde door te spelen. Toen een panfluit echter vlam vatte, werd het optreden gestaakt.

Wie het gerucht rond festivalbaas Smatés verspreid heeft, is niet bekend gemaakt. Smatés overweegt een echtscheiding.

Achtergebleven lid van de ‘Guays’ droomt van betere tijden

Stadsgezicht in Mataquintos, Managuay

JOHANNESBURG – Nu Uruguay zich geplaatst heeft voor de WK-kwartfinale en Paraguay als favoriet geldt in het duel tegen Japan van vandaag, voelt Managuay, het enige lid van de ‘Guays’ dat zich niet eens kwalificeerde, buitengesloten.

‘Dertig jaar geleden waren de Guays een hechte club,’ vertelt Armando Pedrito, aanvaller van het nationale voetbalelftal van Managuay, dat net collectief op borgtocht vrij is uit de gevangenis van Johannesburg. ‘In de tijd van mijn vader was er veel meer saamhorigheid.’ De vader van Pedrito, destijds elektricien en als zodanig beul in dienst van de militaire dictatuur, werkte veel samen met collega’s uit Zuid-Amerika.
Ook middenvelder Enrique Marcanto deelt in de melancholie. ‘Er was meer uitwisseling in die jaren. Mensen deden ‘een rondje Guays’.’ Marcanto doelt hiermee op het vrije verkeer van politieke gevangenen, die destijds konden worden gearresteerd in Asunción (Paraguay), gemarteld in Mataquintos (Managuay) en bij Montevideo (Uruguay) in de Atlantische Oceaan geworpen.
Met de democratie in Paraguay en Uruguay kwam een einde aan die periode.

Economie: Vallen en opstaan

Al jaren zit de bouw van wat ooit de prestigieuze boulevard van Mataquintos moet worden, in het slop. Projectontwikkelaars komen hun afspraken niet na, de gemeente is in geldnood, het gebied verwildert. Er zijn echter ook prestigeprojecten die wél voltooid worden, zoals hier de Capitán Ugaz-promenade in de wijk San José.