Staat: De geheime informanten


Het systeem van de traidores, de geheime informanten van het dictatoriale regime, is in Managuay niet waterdicht. In de krottenwijken onderscheiden deze verklikkers zich zelfs bewust van hun armere buurtgenoten door van het extra inkomen zo snel mogelijk een of twee luxe personenbusjes aan te schaffen en deze vervolgens demonstratief voor hun deur te parkeren (of voor hun douchegordijn, afhankelijk van wat als deur fungeert).

Economie: Een land van belofte

De liberalisering van de jaren 90 hebben Managuay geen windeieren gelegd: het internationale bedrijfsleven, waaronder de belangrijkste creditcardmaatschappijen (zie foto), is in alle winkelcentra aanwezig.

ONDERTUSSEN IN MANAGUAY: Peper

Een Fuego Infierno Volcánico

‘Gringo, no toca!’ De marktkoopman kijkt me verschrikt aan. Snel trek ik mijn hand terug, die zojuist nog boven een kist vol glanzend rode vruchten hing. ‘Ik moet Spaanse pepers hebben,’ zeg ik, ter verduidelijking. ‘Spaanse pepers!’ roept de man uit. Hikkend van de lach slaat hij een collega op de schouder. Deze, een wat knorriger type, bitst: ‘Dit is geen gewone peper, mamapinga. Dit is de Fuego Infierno Volcánico. Laat hem één nacht op je keel liggen en je wordt wakker zonder strottenhoofd.’

Elk volk krijgt de groenten die het verdient, en op de Pepermarkt kun je zien wat dat voor Managuay betekent. De markt beslaat eenmaal per maand een hoek van de beroemde Mercado Popular in Mataquintos en biedt een kleurrijke verzameling van het pittige broertje van de paprika: rode, oranje, gele, groene, paarse en bruine chilipepers. En de Fuego Infierno Volcánico dus.

Dat blijkt niet zomaar een hapje, zo leert nadere studie. Sterker nog: de Fuego Infierno Volcánico is de heetste chilipeper ter wereld. Op de Scoville-schaal, die de mate van pittigheid aangeeft, haalt hij maar liefst 7.200.000 punten. Ter vergelijking: een straal pepperspray van een Managuayaanse diender in je oog haalt amper 2.000.000, een broodje lamaburger komt op circa 10.000 (al merk je de jalapeño daarin pas op het toilet). Met de Fuego Infierno Volcánico brengen artsen hier buitenlandse patiënten onder narcose door ze eraan te laten ruiken. Hem vastpakken alleen kost je een nacht op de intensive care, plus het aannaaien van de losgetrokken vellen huid (nóóit wapperen).

Voor Managuayanen echter is de ‘Fuego’ een hartige snack. ‘Ik ben gek op pittig eten,’ zegt Jacky (17). Leunend op een kinderwagen laat ze een zakje vullen met de hete pepers. Ik kijk naar haar gewelfde buik. Is dat niet gevaarlijk, voor zwangere vrouwen? Een schaterlach. ‘Het is niet voor mij!’ Ze wijst naar de baby in de kinderwagen, dan tikt ze op haar tanden. ‘De kleine houdt ons wakker, met zijn geknars. Vannacht leg ik voor straf een peper in zijn mondje. Morgen doet hij het niet meer.’
Noud Nijssen

Deze culturele reportage was eerder te lezen in de Volkskrant.

Couleur locale: Dode muis

De hitte van het afgelopen weekeinde heeft flink huisgehouden in de dierenwereld. Dit muisje in San Luís bijvoorbeeld begaf het door de hoge temperaturen. Wie nu schampert dat al het straatvuil in Managuay toch een eeuwigheid blijft liggen, komt bedrogen uit: een medewerker van restaurant ‘El Roedor’ was binnen een kwartier ter plekke om het muizenlijkje mee te nemen.

Cultuur: De dorpsfontein van Pueblo Poño

Zomaar een fontein in het dorpje Pueblo Poño, prachtig versierd met drie iconen van kennis uit de Managuayaanse geschiedenis. Boven de zonnewijzer, symbool van de wetenschap uit de precolumbiaanse tijd. Dan de globe, die staat voor de wetenschap die de Spaanse ontdekkingsreizigers meebrachten. En onder de emmer, handig bij de wetenschap dat een glas van de lokale jenever Benedicción een agressieve chemische reactie oplevert met het maagzuur.

Pastoor gebruikt as uit urnen voor Aswoensdag

De kerk van Riobamba

RIOBAMBA – Een pastoor uit het Managuayaanse Riobamba heeft vanochtend askruisjes uitgedeeld met as van overleden parochianen.

De man was waarschijnlijk gespannen door het grote aantal katholieken dat op deze Aswoensdag, de woensdag na carnaval, naar de kerk was gekomen om op het voorhoofd het traditionele askruisje te ontvangen. Sommige gelovigen roken onraad toen de pastoor hen toebeet: ‘Pak zelf maar!’ en wees op een krat achter het altaar vol urnen uit het aanpalende crematorium. Toen de geestelijke, inmiddels rood aangelopen, in een hoek van de kerk een aantal kruizen en bijbels op een hoop gooide en om benzine gilde, verlieten de meesten het gebouw.

ONDERTUSSEN IN MANAGUAY: Legermuseum

Pilar Hipopótamo (r), verdacht van
‘socialistisch terrorisme’.

Het is een bijna perfecte reeks: generaal Puzzo die tot minister wordt benoemd, generaal Puzzo die de kerncentrale van Jerónimos opent, en generaal Puzzo die in negen vuilniszakken wordt afgeleverd bij het Managuayaanse ministerie van Justitie. De ontbrekende, voorlaatste foto is net een week weg voor restauratie, maar gelukkig laat de titel van de expositie weinig te raden over: Drive-by shootings op staatsbevel, 1964–1971.

Drive-by shootings is een poging van het Legermuseum in Cabúm om actiever het publiek op te zoeken. Als uithangbord van de militaire junta geniet het onder Managuayanen weinig populariteit, niet in het minst vanwege zijn officiële, ietwat pompeuze naam: Museo Glorioso del Ejército y sus Guerras Gloriosas para la Gloria Superior de la Patria Gloriosa, oftewel Glorieus Museum van het Leger en zijn Glorieuze Oorlogen ter Meerdere Glorie van het Glorieuze Vaderland. De meeste bezoekers zijn buitenlanders op de vlucht voor de Zuid-Amerikaanse hitte buiten.

Toch is Drive-by shootings een gouden greep. Welk ander museum leent zich zo goed voor een sinister onderwerp als dit? Zodra je door de hoofdpoort loopt, over de met kinderkopjes geplaveide weg (échte kinderkopjes, van de Kinderdagverblijvenrevolte van ’98), zie je zeven donkergrijze loodsen oprijzen uit een dorre vlakte. Binnen voeren de prenten van het militaire fotografenkorps je mee naar het hart van de Managuayaanse politieke cultuur.

De minister van Sport, generaal Hipopótamo? Toch vermoord door vier langsrazende motorrijders in 1966 en niet, zoals destijds werd beweerd, door zijn vierjarige ‘socialistische dochter’ Pilar. Francisco Gil, hoofd van het Olympisch Comité in 1971? Op de foto steekt hij lachend zijn hand op naar het opengedraaide raampje van een zwarte Volvo, kennelijk naar een goede bekende. Een fractie van een seconde later zullen 39 kogels hem doorzeven.

Voor wie deze zwartgalligheid te veel wordt, is er altijd nog de permanente expositie over geschiedenis en cultuur. Wist u dat de witte cirkel van de Managuayaanse vlag, waarin de gouden lama staat afgebeeld, een klodder spuug symboliseert? Ga eens snel kijken dan.
Noud Nijssen

Deze culturele reportage was eerder in een aangepaste versie te lezen in de Volkskrant.

Foto Lota del Horno

Fyra brengt Managuayaanse vlag naar Utrecht

Koetsier José van de Fyra pikte onderweg nog een paar lifters op

MATAQUINTOS – De militaire junta van Managuay maakt eindelijk werk van haar aanstaande boekpresentatie in Utrecht. Vanuit hoofdstad Mataquintos vertrok woensdag de Fyra met als lading de nationale vlag.

De Fyra is een internationale paard-en-wagen-lijndienst die Mataquintos verbindt met Santa Cruz in Bolivia. Vanuit daar zal de vlag naar de haven van Rio de Janeiro worden gebracht en koers zetten naar Nederland. Daar, in Utrecht, vindt op vrijdag 17 mei de presentatie plaats van Het Grote Managuay-Vakantie-Doeboek, een werk dat Nederlanders ertoe moet aanzetten om vaker af te reizen naar het geïsoleerde land in Zuid-Amerika. Nu doen zij dat vaak niet, omdat zij bang zijn voor malaria, vulkaanuitbarstingen en door de overheid georganiseerde ontvoeringen. ‘Nonsens,’ aldus luitenant Diego Sánchez Ortega, die als censor de vlag uitzwaaide. ‘In Managuay hebben wij malaria goed onder controle.’

Critici vermoeden dat de Fyra niet alleen de vlag vervoert, maar ook een geheime lading. ‘Kijk maar naar de foto,’ aldus een van hen, die anoniem wil blijven (Enrique Carderoso). ‘De vlag lijkt wel een rechthoekige kubus. Maar dat kan niet. Een vlag is meestal plat.’ Wat de vlag verbergt, durft de anonieme tipgever (Carderoso dus) niet te zeggen. ‘Maar het zou wel eens Miss Managuay kunnen zijn. Ja, nu lach je, maar met een beetje pech is het die uit 1991.’

Mandela gesignaleerd op trampoline

Nelson Mandela in betere tijden. Is hij weer zo fris als een hoentje?

MATAQUINTOS – Nelson Mandela is dinsdagavond gezien terwijl hij op een trampoline sprong. De voormalige president van Zuid-Afrika, die vandaag zijn 95ste verjaardag viert, kwam ‘best wel hoog’.

Dat zeggen Chuchu en Muchu, twee medicijnmannen uit Managuay die vorige maand vanuit Zuid-Amerika zijn afgereisd om Mandela te genezen. Het bericht komt een dag nadat Mandela’s dochter Zindzi in een televisie-interview meldde dat haar vader, die al weken in een ziekenhuis in Pretoria ligt, inmiddels kan tv-kijken, glimlachen en zijn hand opsteken. ‘Dat laatste klopt,’ bevestigt Chuchu. ‘Toen wij zijn stereoset uit zijn kamer droegen, stak hij ook zijn hand op.’ Muchu: ‘Alsof hij ons iets wilde zeggen.’

Volgens de twee natuurgenezers is Mandela zo snel opgeknapt vanwege hun onorthodoxe aanpak, die zich het best laat beschrijven met de term ‘materiële transfer’. Chuchu en Muchu genezen hun patiënten door hen ’te bevrijden van aardse bezittingen’, wat doorgaans neerkomt op het weghalen van kostbare elektronica. Chuchu: ‘De telefoon waarmee we nu praten, is ook van hem. Echt vet: een Samsung Galaxy S IV.’ Muchu: ‘Wie de politie heeft gebeld, is ons dan ook een raadsel. Maar goed, we moeten hangen.’

Lees ook: Natuurgenezers onderweg naar Mandela

Klassieker: El diablo y su vergüenza


Vandaag in de Managuay-klassieker: El diablo y su vergüenza (De duivel en zijn schaamte). In deze film van grootmeester César Núñez draait het om de eenzame vuurtorenwachter Hipopótamo, wiens bestaan wordt opgeschrikt door de komst van een pratende kolibrie, die Hipopótamo vertelt over de zee, de getijden en de vieze schuimlaag die vaak achterblijft op het strand als het net vloed is geweest. Núñez combineert een satire op de Zuid-Amerikaanse realiteit met de positieve boodschap dat het goed is dat het door land ingesloten Managuay geen eigen kuststrook heeft.

SCÈNE
Hipopótamo leest ‘Het eiland Amoras’. Dan komt Agata binnen.
Hipopótamo: (springt op van zijn stoel) Beëlzebub!
Agata: Nee, ik ben het, meester. (zet een bord papajapuree op tafel) Heeft Vladimiro al iets van zich laten horen?
Hipopótamo: Nee. Nee. (gaat bij het raam staan) Vladimiro kan het schompes krijgen.
Agata: Zeg dat niet, Hipopótamo! Op een dag zal hij terugkomen. Ik weet het zeker. (breekt) Zeker!
Hipopótamo: (schamper) In zijn auto zeker.