|
Sergio Sánchez Hammarskjold |
PERFIDO – En weer gaat de Nobelprijs voor de Literatuur niet naar Sergio Sánchez Hammarskjold. ‘Mario Vargas Llosa? Een armoedige prutser.’
Door Jens Mikkelsen
Het is een bittere pil voor Sergio Sánchez Hammarskjold. Gaat de Nobelprijs eindelijk weer eens naar de Spaanstalige wereld, krijgt Mario Vargas Llosa hem, de grootmeester uit Peru. En dat terwijl Sánchez Hammarskjold elk jaar weer genoemd wordt. Toegegeven: alleen door hemzelf.
Teleurgesteld?
‘Het gaat elk jaar zo. Die Zweden lezen alleen fantasieverhalen. Alles wat anders is, is verkeerd.’
Sánchez Hammarskjold gaat er prat op nog nooit een heuse roman te hebben geproduceerd. In Managuay, waar de helft van de bevolking niet kan lezen, en de andere helft daar gewoon geen zin in heeft, moet een auteur zich toeleggen op praktische teksten. Sánchez Hammarskjold schrijft handleidingen, snackbarmenu’s en productinformatie. Zijn Ingrediënten & Voedingswaarde per 100 ml van de literflessen Pipo Papajapap geldt als een klassieker in het genre.
Waarom wordt u steeds gepasseerd?
‘Ze willen dat je dingen verzint. Het mag geen praktisch nut hebben. Ik heb net een klus voor het leger afgerond. Inventarisatie van lijken na de opstand van San Fernando, 3 maart 2010, A t/m M is een prachtwerkje geworden. Maar denkt u dat ze dat in Stockholm gaan lezen? Als je, zoals Vargas Llosa, dingen uit je duim zuigt, dan ben je toch een armoedige prutser?’
Is uw werk wel te vergelijken met dat van hem?
‘Maar natuurlijk. Ze prijzen Vargas Llosa “voor de manier waarop hij machtsstructuren in kaart brengt en voor zijn scherpzinnige beelden van het verzet, de opstandigheid en de nederlaag van het individu.” Dan hebben ze mijn bewegwijzering van martelcentrum Horror Máximo in La Libertina nog niet gelezen.’
Hopelijk heeft u volgend jaar meer geluk. Wat schrijft u nu?
‘Ik ben bezig met het telefoonboek van Managuay. Mag ik uw mobiele nummer noteren?’