Nazomer in Managuay: Het militaire pretpark

Antieke tanks worden goed onderhouden, zodat ze ook nu nog op bloedige wijze een opstand neer kunnen slaan

Om de nazomer af te dwingen, doet correspondent Jens Mikkelsen deze week verslag van zijn zomer in Managuay.
Vandaag: het Glorieuze Museum van het Leger en zijn Glorieuze Oorlogen ter Meerdere Glorie van het Glorieuze Vaderland, annex pretpark, in Cabúm

Net als elke zichzelf respecterende dictatuur heeft ook Managuay een oorlogsmuseum. Het past perfect bij het land: leugenachtig, onveilig en afgebladderd.
 
Door Jens Mikkelsen

Het Museo Glorioso del Ejército y sus Guerras Gloriosas para la Gloria Superior de la Patria Gloriosa (Glorieuze Museum van het Leger en zijn Glorieuze Oorlogen ter Meerdere Glorie van het Glorieuze Vaderland) is een museum annex pretpark in Cabúm, iets ten noorden van Mataquintos. Vóór de staatsgreep van 2006 was het een en al propaganda voor de toenmalige maoïstische dictatuur, iets waar de rechtse generaals zich altijd tegen verzetten. Toen zij eenmaal aan de macht waren, sloten zij het museum echter in hun armen. Waar ooit ‘maoïsme’ stond, staat nu ‘militarisme’, en klaar is kees.

Zodra je door de poort het terrein op loopt, over de met kinderkopjes geplaveide weg (échte kinderkopjes, van de Kinderdagverblijvenrevolte van ’98), wordt de omvang van het museumcomplex je duidelijk. Om het centrale gebouw heen, dat bestaat uit zeven loodsen, ligt een grasvlakte ter grootte van enkele voetbalvelden. Her en der klimmen kinderen in bomen en beelden van inmiddels verdreven, verguisde of gerehabiliteerde dictators, van zowel maoïstische als militaire snit.

Draaimolens staan tussen tanks uit elk decennium van de vorige eeuw. De voertuigen zijn opvallend goed onderhouden, zelfs de oudste. Dat komt, laat ik mij later door een conciërge vertellen, omdat het Managuayaanse leger nogal eens een antieke tank nodig heeft om een opstand neer te slaan en een van de modernere exemplaren het niet meer doet. ‘Komt dat vaak voor?’ vraag ik. ‘Niet zo vaak,’ luidt het antwoord. ‘Eens per maand.’

Terwijl ik de op de grond liggende, doorgeladen kalasjnikovs omzeil – niet aanraken, had de conciërge nog gezegd, die zijn vergeten door dronken soldaten die ’s nachts nog even in de botsauto’s gaan – bereik ik het museum zelf. Het is het paradijs voor elke nationalistische Managuayaan: overal de rood-wit-blauwe vlag, opgepoetste oorlogswapens en af en toe een opgezette lama in bladgoud.

Pronkstuk is de Glorieuze Zaal van Groot-Managuay. Achter een klein fonteintje hangt, aan de muur, een enorme geschilderde landkaart van Groot-Managuay. Op het eerste gezicht lijkt het me vooral een kaart van Zuid-Amerika – en dat klopt. Groot-Managuay is niet het huidige, door land ingesloten staatje met wat extra grond erbij, maar alle gebieden tussen de Galápagos-eilanden (nu Ecuador), de monding van de Amazone (Brazilië) en Patagonië (Argentinië). De Managuayaanse regering, en dus ook de huidige militaire junta, claimt praktisch heel Zuid-Amerika sinds 1527.

Wat frustrerend. Het is niet eenvoudig om Managuayaan te zijn.

Nationaal Historisch Museum komt er toch

De façade van het Museum voor Militaire Geschiedenis in Mataquintos

MATAQUINTOS – Het Nationaal Historisch Museum (NHM) van Managuay komt er toch, maar in een andere vorm. De subsidie gaat voortaan naar het al bestaande Museum voor Militaire Geschiedenis.

Dat heeft de minister van Onderwijs en Propaganda, generaal Rufus Vendetta Malpenso, dinsdag besloten. Met de verplaatsing van de subsidie wordt het NHM feitelijk ontbonden. Het NHM was tot dusver een organisatie zonder pand en hoopte op een vestiging in een vervallen tuinhuis, maar dat was volgens Malpenso ‘onpraktisch’. De minister: ‘Wat heb je aan een nationaal museum als je er niet eens een behoorlijke tank in kwijt kunt? ’

Om toch de schijn van een nationaal historisch museum op te houden, krijgt het militaire museum een nieuwe naam: Museo de la Historia Militar del Pueblo Glorioso de Managuay y de sus Líderes Impávidos, especialmente el Grande Indicador, Generalísimo Jamón (‘Museum voor Militaire Geschiedenis van het Glorieuze Volk van Managuay en van zijn Onversaagde Leiders, met name de Grote Wegwijzer, Generalísimo Jamón’).

Bevrijdingsdag: voor het laatst in 2006

Vandaag is het in Nederland, zoals elk jaar, Bevrijdingsdag. In Managuay werd voor het laatst Bevrijdingsdag gevierd in 2006, toen een bloedige staatsgreep een einde maakte aan het totalitaire, linkse regime. De festiviteiten waren echter van korte duur, want het nieuwe, rechtse bewind van generaal Jamón stelde als eerste maatregel een avondklok in en vanaf half tien ’s avonds gold weer die oude vertrouwde staatsvorm: de dictatuur.

Speciale eenheid: de Varkenssnuitskunks

De Patagonische varkenssnuitskunk, symbool van de Managuayaanse elitetroepen

Het uitschakelen van Osama bin Laden door ‘special forces’ van de Navy Seals maakt nieuwsgierig naar de elitetroepen van Managuay. Over winderigheid, groepsknuppelen en de F-side van Feyenoord.

NAAM: Zoals in Navy Seals het woord ‘zeehonden’ zit, zo heeft ook Managuay zijn elite-eenheid naar een dier genoemd. De speciale commando’s van de militaire junta heten de Varkenssnuitskunks (Los Zorrinos).

OORSPRONG: De Varkenssnuitskunks werden in 1962 opgericht onder generaal Fabio Flabendas. De naam werd bedacht door zijn ondergeschikten. Niet om de vasthoudendheid te eren waarmee varkenssnuitskunks naar voedsel wroeten, maar vanwege de scherpe geur die hun anale klieren produceren (Flabendas leed aan ernstige winderigheid).

OPLEIDING: 60 procent van de militairen die de keiharde opleiding tot Varkenssnuitskunk volgen, haakt af. De militairen worden getraind in typisch Managuayaanse vechttechnieken als de-vijand-onder-tafel-drinken, met-zijn-twaalven-een-nietsvermoedende-burger-in-elkaar-knuppelen en met-een-tank-op-een-sloppenwijk-inrijden.

WERKWIJZE: De Varkenssnuitskunks opereren in principe in kleine, flexibele groepen die snel op terroristische bedreigingen kunnen reageren. Maar meestal zijn ze dronken.

EERDERE WAPENFEITEN: De Varkenssnuitskunks waren onder meer actief in voormalig Joegoslavië, Colombia en de F-side van Feyenoord. Volgens experts echter is ook de onverhoopte democratisering van het Zuid-Amerikaanse continent hun fout geweest.

‘Kadhafi lijkt op tiran Managuay’

Julio Borelli, professor in de Managuayaanse geschiedenis, met een voorwerp

MATAQUINTOS – Nu de Libische leider Kadhafi voor de tweede maal een staakt-het-vuren heeft afgekondigd dat niemand serieus neemt, dringen de parallellen met de geschiedenis van Managuay zich op.

Volgens Julio Borelli, professor Managuayaanse geschiedenis aan de Militaire Universiteit van Mataquintos (MUM), handelt Kadhafi precies als Bernardo Benzeen, tiran van Managuay in 1876.

Meneer Borelli, Muammar Kadhafi heerst al 41 jaar over zijn land, Bernardo Benzeen deed dat amper vier maanden. Waar zit de overeenkomst?
Kadhafi riep vorige week een staakt-het-vuren uit en reed vervolgens met tanks Benghazi binnen. Dat soort streken – kostelijk, vind ik – haalde Benzeen constant uit.

U roemt ook de moed van beiden.
Ja, dat klopt. Kadhafi vecht nu in zijn eentje tegen het Westen, tenslotte. Al gebeurt dat tegen zijn zin. Wat dat betreft was onze Benzeen een échte durfal.

Want?
Benzeen verklaarde op zijn eerste dag als president aan elf landen de oorlog. Heerlijk.

Is dat dapper?
Niet alleen dapper, ook kranzinnig. Een van die landen was Ghana. Dat grensde niet eens aan Managuay, in die tijd.

Nu toch ook niet?
Gaat u muggenziften?

Managuay verloor door die oorlog toch een groot deel van zijn grondgebied?
Dat overkwam die Hitler van u toch ook?

Waarom zegt u ‘die Hitler van u’?
U komt toch uit Europa?

Niet heel Europa was toch voor Hitler?
Zegt u voortaan alles in vragende vorm?

Ik interview u toch? Bent u een spelletje aan het spelen?
Denkt u soms dat ik dit niet kan winnen?

Wát winnen?
U formuleert toch alles in een vraag?

Als dat zo is, gaat dat per ongeluk. Ik wil gewoon…
Ha ha! Ik heb gewonnen!

Wat doet u kinderachtig.
Wat doet u kinderachtig.

Praat u mij nu na?
Praat u mij nu na?

Ik ga weg.
Nee, niet doen! Ik heb een verzameling orthodontische instrumenten die ik u wil laten zien!


Noot aan de hoofdredactie, niet voor publicatie:
P.S. Roger, die verzameling had jij ook echt vet gevonden! We moeten echt een eens terug naar die gast! Mzzl!

Het beste van: Te laat en te weinig

Een Managuayaanse tank op patrouille

De aankondiging van de Egyptische president Moebarak dat hij zal opstappen, maar pas over acht maanden, is een typisch geval van too little, too late. Ook de geschiedenis van Managuay zit er vol mee.

  • 1511: ‘Okee, okee, we gaan via het Noorden,‘ zei ontdekkingsreiziger Francesc de Manresa, op zoek naar de zilvermijnen van Managuay, geïrriteerd tegen de laatst overgeblevene van zijn oorspronkelijk 300-koppige, maar inmiddels aan schurft en tyfus overleden bemanning, toen zijn lekkende galjoen bij Vuurland op een zandbank liep.
  • 1841: ‘Wij bieden u persvrijheid aan.’ Deze laatste woorden van generaal Umberto ‘Guapi’ Bantaro, dictator van Managuay van 1839-1841, waren gericht tegen de voormannen van de revolutionaire horde die brandstichtend en plunderend door het presidentiële paleis trok, zojuist de voltallige familie van Bantaro had geslacht en nu de dictator zelf aantrof in de personeelsvertrekken, op handen en voeten weggedoken achter de toiletpot.
  • 1963: ‘Wacht, ik zet hem in z’n achteruit.’ Aldus de chauffeur van de tank die in opdracht van het toenmalige militaire regime over een tiental demonstrerende dwaze moeders reed, maar toen toch tot inkeer kwam.

1506: Het begin van het einde voor de Manca’s

Manca-ruïne in de Andes, Managuay

De Manca’s waren een hoogontwikkeld volk dat op zijn toppunt heerste over half Managuay en ver daarbuiten. Tussen ca. 1300 en 1500 breidde het zijn imperium op agressieve wijze uit met een leger dat in oorlogstijd wel 500.000 soldaten telde.

De Manca’s waren de meesters van de notenboog. Met deze kruisboog vuurden zij de gedroogde pitten van mango’s op de vijand af totdat er nog maar één soldaat met onbeschadigde schedel was overgebleven. Hem aten zij op. Ook vreesde menigeen de beruchte cuenca’s: bommen van gloeiend hete bananenpap, in palmbladeren gewikkeld, die vlam vatten wanneer zij in contact kwamen met de lichaamsbeharing van aanstormende troepen. Een ander dodelijk wapen van de Manca’s was de dolle condor. Een wilde Andesvogel kreeg gefermenteerde lamamelk gevoerd en werd losgelaten, zodat hij achter de vijandelijke linies golven van giftig braaksel stortte op de krijsende soldaten.

De Spanjaarden roeiden de Manca’s in een mum van tijd uit via Europese ziektes als oorpijn en loopneus. Van de ca. drie miljoen trotse Manca’s waren er in 1516 nog maar zeven over. Zij stierven aan jeuk.

George Bush in Managuay: het echte verhaal

MATAQUINTOS – Het verhaal beslaat nog geen pagina van zijn memoires, maar het is vermakelijk genoeg: hoe voormalig president George W. Bush op een lamafokkerij in Managuay belandde.

Bush beschrijft in zijn boek Decision Points, dat gisteren verscheen, hoe het presidentiële vliegtuig in de lente van 2006 op weg was naar Uruguay, maar per abuis in Managuay belandde. De militaire dictatuur maakte onmiddellijk gebruik van deze vergissing. Nog geen half uur later zat Bush op een lamafokkerij met het voltallige Managuayaanse kabinet.

Eerder schreef generaal Pinto de Caña, het brein achter deze improvisatie, hierover: ‘Tijdens het staatsbezoek hadden de Amerikaanse president en ik een stevig gesprek over de wereldpolitiek, afgesloten met een goede borrel.’ Volgens Bush echter ‘blééf die ene gast maar dooremmeren over de geslachtskenmerken van lama’s, en daarna kregen we nog een beker lamapis ook.’

Decision Points laat daarnaast zijn licht schijnen op het officiële verhaal dat Bush graag met het Managuayaanse leger Irak zou zijn binnengevallen, maar in plaats daarvan de junta opdroeg om Zuid-Amerika te beschermen. In zijn memoires herinnert Bush zich hoe op het toilet van de lamafokkerij ‘twee van die generaals smeekten om een blauwdruk van de atoombom, en daarvoor mocht ik op straat elke vrouw uitzoeken die ik wilde. Ik wilde niet.’

Na twee lange uren in ‘that hellhole’ vloog Bush door naar Montevideo, Uruguay.

1527: Madeleno Puig y Razón

De Rio Pimpo

Na een aantal stabiele jaren onder Spaanse gouverneurs begon Managuay eindelijk de eigenschappen te ontwikkelen waarmee wij het tegenwoordig nog steeds associëren: een agressieve buitenlandse politiek en een onbetrouwbaar, labiel bestuur. In 1527 namelijk formuleerde de nieuwbakken gouverneur Madeleno Puig y Razón voor het eerst een buitenlands beleid voor Managuay, onder de titel: ‘El mundo es managuayo’ (‘de wereld is Managuayaans’).

Daarin claimde hij alle gebieden tussen de Galápagos-eilanden (nu Ecuador), de monding van de Amazone (Brazilië) en Patagonië (Argentinië) als de zijne, en begon een leger te formeren dat ze voor hem moest veroveren. Toen de grote dag van de militaire campagne was aangebroken, op 5 april 1527, viel Puig y Razéon van zijn paard en brak zijn nek. De onderkoning van Peru, aan wie Puig y Razón verantwoording was verschuldigd, liet zijn lijk in stukken snijden en brandend in de Rio Pimpo werpen, met de mededeling ‘Krijg de pokken, coño’.

1700: Cristina Truita Merluza


Cristina Truita Merluza (1677-1734) is misschien wel de minst omstreden figuur uit de Managuayaanse geschiedenis. Als dochter van een koopman uit Cádiz maakte zij in 1685 de oversteek naar Zuid-Amerika, waar haar vader een tabaksplantage begon. Cristina trok zich het lot van de arme slaven aan. Ze stichtte in 1700 een hospitaal, bekwaamde zich in wondverzorging, tandheelkunde en verloskunde en werd immens populair onder de inheemse bevolking van de toenmalige Spaanse kolonie. Totdat haar vader uit jaloezie haar schedel brak met een kokosnoot, onder het uitroepen van: ‘En waar ben je nou, met je wondverzorging?’

De Managuayanen hebben Cristina tot op de dag van vandaag in hun hart gedragen en koesterden haar geboortehuis, een eenvoudige plaggenhut die beetje bij beetje is uitgebouwd tot een schitterende villa in barokstijl. In 2003 echter sloopte de stad San Pedro het gebouw om er een modern wooncomplex neer te zetten (foto, complex nog steeds in aanbouw).